De Balkan ligt op de grens van Europa en Azië. Veel van de huidige etnische en ruimtelijke conflicten zijn te verklaren door de geschiedenis

Halverwege de veertiende eeuw staken de Ottomanen vanuit Turkije de Bosporus over (zie kaart) en veroverden delen van de balkan. In 1389 versloegen ze de Serviërs op het ereveld in 1389. Hierna veroverden de Ottomanen Bulgarije, Griekenland en andere delen van de balkan In de zeventiende eeuw waren ze op het toppunt van hun macht en probeerden ze zelfs Wenen te veroveren maar dat mislukte.

De bewoners van de Balkan kwamen vaak in opstand tegen de Ottomanen. Maar al die opstanden werden hard neergeslagen. Ook introduceerden de Ottomanen de islam op de Balkan. De meesten mensen waren oosters-orthodox, maar iedereen die zich bekeerde hoefde minder belasting te betalen of kreeg een stuk grond. 

Na 1700 werd de macht van de Ottomanen kleiner. De dubbelmonarchie Oostenrijk-Hongarije veroverde steeds meer gebieden. Zij wilden net als de Ottomanen, Alle volkeren onder hun eigen bestuur krijgen. Af en toe lukte dat  voor een tijdje, maar het verlangen van etnische groepen naar een eigen staat bleef bestaan. 

In de negentiende eeuw stichtten sommigen Balkanvolkeren eigen staten, zoals Griekenland, Servië en Bulgarije. De Ottomanen werden in de oorlog van 1912-1913 uit bijna heel Europa verdreven, ook viel in 1918 Oostenrijk-Hongarije uiteen. Op de westelijke Balkan ontstond het land Joegoslavië, waarin soms volkeren gedwongen werden samen te leven. Later ontstonden hieruit de landen: Slovenië, Kroatië en Macedonië